De vogels zingen hun laatste lied
Voor het slapengaan
En de slierten wolken kleuren
Zalmroze
De avond valt na een warme en zwoele dag
En breng verkoeling
Ook de straten worden stil
Naarmate de nacht dichterbij komt
En ik, ik kom tot rust …
Zoals ik al zo vaak mocht ervaren
Brengt de eenvoud maar ook het grootse van de avondstilte
Mij terug bij mezelf
Het brengt me bij mezelf en tot rust
Als deel van dit grootse geheel
Waarin het gebeuren zowel in mij als rondom mij plaatsvindt
Zo binnen, zo buiten
De vogeltjes zingen nog steeds
En het wordt stilaan donker
Straks gaan de eerste sterren
Tevoorschijn komen
Gestalten van huizen en van bomen
Krijgen een extra dimensie
Hun aanwezigheid krijgt iets surrealistisch
Vormen of silhouetten zonder meer
Toch is hun aanwezigheid niet leeg
Verre van
Het is bezield
Majestueus
Aan de overgang tussen dag en nacht
Hangt er een bijzondere energie
Alsof de bezielde aanwezigheid in alles
Tastbaar wordt
Het lijkt wel of alles een dubbele bodem heeft
Waarin de ware bezieling zich schuil houdt
Om bij nachte
Tot leven te komen
Net zoals in dromen
Komt dan hun diepe betekenis tot uiting
Gaat elk ding zichzelf onthullen
Vanuit zijn eigen diepere inspiratie
En ik word meegenomen
In die nachtelijke dimensie
Om te ontdekken
Wie ik daarin ben
De jonge bovenburen geven zich
Op hun manier over
Aan de nacht
Luidruchtig en uitbundig
Zij kennen de stilte nog niet
Moeten eerst de chaos ontdekken
In zichzelf
Eer ze de diepere stilte kunnen ontdekken
Ze storen niet
Ze maken deel uit van de grote beweging
Het grote worden
Van alles
De nacht
Trekt alles binnenste buiten
Niets kan verscholen blijven
In de aanwezigheid van de nacht
In de nacht
Wordt er met een ander oog gekeken
Niet de ogen van de zintuigen
Maar het zien van de ziel
De vogeltjes worden stil
Zo nu en dan nog een auto
Of een vliegtuig
De klokken van de kerktoren
En ook ik word stil
De woorden verstommen
De nacht
Neemt over …
Katy Pylyser 28-05-2018